SINT-GERTRUDIS

Op deze pagina kan u de bouwkundige geschiedenis van de Sint-Gertrudiskerk in de gemeente Ternat raadplegen. Deze kerk en haar parochie maken deel uit van de pastorale zone "De Kruik".
VERDERE PAGINAS

BOUWHISTORISCH OVERZICHT

In 1112 wordt Ternat vermeld in ‘Altare de Wambeccha cum appenditio Nath’. Meer dan 150 jaar later wordt Ternat verheven tot ‘parochie met kerk, toegewijd aan Onze-Lieve-Vrouw’. In 1381 koopt Everaert III T’Serclaes het ‘Land van Wambeke’ en wordt na zijn overlijden in 1388 begraven in de crypte onder het noordtransept van de kerk. Nadien, en tot 1554, worden wellicht nog meer overleden familieleden van dit Brussels riddergeslacht (‘Forfiter et fideliter’)in deze crypte bijgezet; de twee gewelfsleutels in het noordtransept verwijzen naar de familie T’Serclaes en de heerlijkheid Cruckerburg.


Midden 16 de E. kwam de familie de Fourneau in het bezit van de heerlijkheid Cruckenburg en begon met het uitbreiden van het oude kerkje met een koor; zij financierde in de volgende decennia mee de restauratie- en verfraaiingswerken aan de kerk. Eind 16 de E. werd een beeld van de H. Gertrudis verworven; in een van de daaropvolgende jaren (het exacte jaar is onbekend) werd de parochiekerk toegewijd aan de H. Gertrudis en werd ze een bedevaartsoord tegen besmettelijke ziekten.

In de 17 de E. werd de kerk uitgebreid met de bouw van een kerkschip, een zuidelijke zijbeuk, een zuidtransept (einde: 1627) en een toren met traptoren (einde: 1657). Van 1666 tot 1692 werd gebouwd aan een groot hoogkoor dat, door een blikseminslag op 2 augustus 1692, samen met het zuidtransept helemaal uitbrandde. De heropbouw duurde bijna 20 jaar.

Uit de 2 de helft van de 18 de E. dateren het 1 ste Van-Peteghem-orgel (1772), de preekstoel (1779) en de aangebouwde sacristie (1779). Na plunderingen ten tijde van de Franse revolutie werd in het 2 de en 3 de kwart van de 19 de E. de modernisering voortgezet met o.a. een kerkhorloge (1836), 4 nieuwe bronzen torenklokken (1857) en de 14 schilderijen van de kruisweg (1860). In 1874 laten de graaf en de gravin van Cruckenburg in de westgevel van de toren een nieuw glasraam plaatsen, ontworpen door H. Dobbelaere (dit is het bovenste deel van het huidige raam).
In de jaren 1892 tot 1905 komt er een ingrijpende verbouwing en restauratie van het exterieur en interieur o.l.v. de architecten J.J. en M. Van Ysendijck en pastoor E. Lascabanne: afschaffing van de begraafplaats rond de kerk; restauratie van de toren, met constructie van een balustrade en een gaanderij; ten noorden van het hoogkoor, tegenover de sacristie, wordt een ruimte bijgebouwd: berging op het gelijkvloers en plaats voor een nieuw Van- Bever-orgel op de verdieping; afbraak van de zolder in de toren zodat het stergewelf zichtbaar is en het glasraam in de westgevel kan vergroot worden naar onder (met de 4 musicerende engelen); bepleistering van de binnenkant van de muren zodat gebeitelde blokken witsteen geïmiteerd worden (‘simili’); nieuwe bevloering in gepolijste Doornikse steen; verfraaiing van de zuidelijke ingang; de doopkapel wordt verplaatst naar de noordelijke zijbeuk en krijgt een verhoogde vloer, een smeedijzeren hekwerk en een nieuwe doopvont; een nieuw hoofdaltaar, nieuwe zijaltaren, nieuwe glasramen met spitsbogen (ontwerp van J. Dobbelaere en J. Casier), 2 tochtportalen, 2 biechtstoelen, 2 communiebanken, 2 kerkmeesterbanken, de koperen arendlezenaar en diverse kleinere stukken kerkmeubilair.
Het kerkgebouw werd aldus gerenoveerd tot een neogotisch totaalkunstwerk.

In 1938 werd de kerk beschermd als monument. Er werd een centrale verwarmingsinstallatie geplaatst (1937), 3 nieuwe torenklokken geïnstalleerd (1953) (het kleine gravinneklokje uit 1857 werd in de 2 de wereldoorlog niet geroofd), 5 nieuwe glasramen in de zijbeuken (ontwerp en uitvoering door M. Nevens) (1975).

Sinds 1998 is een nieuwe restauratiecampagne aan de gang o.l.v. architecten L. De Backer en V. Nys, die ook het ‘Beheersplan van de Sint-Gertrudiskerk’ hebben opgemaakt (2019) waar deze info vandaan komt; dit plan (met een uitgebreide bouwhistorische nota) is raadpleegbaar op https://plannen.onroerenderfgoed.be onder nummer 973.
Het cultuurhistorisch patrimonium van de kerk is raadpleegbaar op https://erfgoedplus.be , collectie 23086A01.